Als hij kon toveren…

Overweging op zondag 14 mei 2023
door Natascha Leeuwenkuijl

Bij: Johannes 14, 12-20, 16, Johannes 22-23, 28-33 en Handelingen 8, 5-11, 14-24

 

‘Waarachtig, ik verzeker jullie: wie op mij vertrouwt zal hetzelfde doen als ik, en zelfs meer dan dat, ik ga immers naar de Vader. Wanneer je iets in mijn naam vraagt, zal ik het doen.’ In de zijlijn van deze woorden, stond de inspiratie naar het thema van deze ochtend. Luister even mee: ‘Jezus geeft met deze woorden de garantie dat alles wat zijn leerlingen in zijn naam vragen, ook ontvangen zal worden. Bidden in de naam van Jezus is echter niet hetzelfde als het uitspreken van een toverformule.’

En páts, daar was het: ‘Als hij kon toveren kwam alles voor elkaar. Als hij kon toveren, kon toveren, kon toveren, dan hielden alle mensen van elkaar.’

Als hij kon toveren…

Wat is bidden?

Dat bidden niet hetzelfde is als toveren, dat weet ieder van ons. Sommigen omdat ze daar vakmatig over na hebben gedacht. En sommigen door ervaring wijs geworden, omdat alle bidden niet werd gehoord, noch werd beantwoord.

Maar wat is bidden dan wel? Ik sprak erover met een vriendin, al wandelend over de Regte Hei, en we kwamen op woorden als dat bidden een vorm van gesprek is met de Ene. Een gesprek om te delen wat er speelt op dat moment, om woorden te geven aan dat waar je ten diepste naar verlangt, waar je naar op zoek bent, wat je graag anders zou willen voor jezelf of de mensen om je heen die je lief zijn.

En toch heeft bidden ook wat magisch, mysterieus. Omdat een moment van gebed altijd wel een beweging brengt. De helderheid die het zoeken naar woorden kan geven. Of de rust van de verstilling, of het besef dat – ook al mis je van alles – er óók veel is om te waarderen. Het mysterie van het geloof dat als je wat vraagt in de naam van de Ene, ze dat zal doen, aldus de woorden van Johannes.

Moeizaam verworven geloof

En geloven, dat doen de leerlingen dan eindelijk. Ze hebben er de zes weken van Pasen, deze tijd én meerdere signalen voor nodig gehad om te geloven dat Jezus van God gekomen is. Eindelijk, dat woord staat er niet letterlijk, maar het uitroepenteken-vraagteken achter de ‘Nu geloven jullie?!’ denk ik echt wel te horen. Met dat in m’n achterhoofd was ik nogal verontwaardigd toen ik de woorden in Handelingen las. Luister nog even mee:

‘Voordien had een zekere Simon in de stad magie bedreven en de bevolking versteld doen staan. Hij beweerde over bijzondere gaven te beschikken, en iedereen, van groot tot klein, keek vol ontzag naar hem op omdat ze werkelijk meenden dat de grote macht van God in hem zichtbaar werd. Toen de apostelen in Jeruzalem hoorden dat de inwoners van Samaria het woord van God hadden aanvaard, stuurden ze Petrus en Johannes naar hen toe. Nadat ze waren aangekomen, baden ze dat de Samaritanen de heilige Geest mochten ontvangen.’

Wat me verontwaardigde? Ik stel me zo voor dat de leerlingen – eindelijk tot geloof gekomen en gewaarschuwd dat ze het nog zwaar zouden krijgen omdat ze uiteengedreven zouden worden – overmatig scherp reageerden toen ze hoorden dat er in Samaria een man was die pretendeerde over bovennatuurlijke gaven te beschikken. Hij bevrijdde mensen van onreine geesten, en genas tal van verlamden en kreupelen. Magisch was ‘t! En iedereen in de stad dacht dat de grote macht van God in hem was!

De leerlingen moeten hebben gedacht: ‘Dat kan niet waar zijn! De man is niet een van ons, nooit geweest, en het kan niet zo zijn dat hij uit naam van de God wonderen verricht. Toverkunsten, dat zijn het!’. En zo trokken ze naar Samaria om de inwoners de wérkelijke Heilige Geest te geven. En te bewijzen dat handelen vanuit God gegeven, toch echt wel wat anders is en van meer waarde dan de toverkunsten van de ene of de andere magiër.

Overgevoelige reactie

Ergens begrijp ik het wel. De leerlingen hadden afscheid moeten nemen van hun vriend, leidsman en lichtend voorbeeld, en waren daarna heen en weer geslingerd tussen geloof en ongeloof dat de Ene onder de mensen is. En éindelijk geloven ze dat het waar kan zijn. Ze hebben de verantwoordelijkheid gekregen om verder te leven in de naam van de Ene. Uitverkoren zijn ze, en dat moet krachtig en tegelijkertijd ook bezwaard hebben gevoeld. Dat je dan over-reageert, dat begrijp ik wel.

Maar anderzijds, is het nou écht nodig om Simon in antwoord op zijn vraag, om met hen het geloof te verspreiden, te verstaan te geven dat hij in het verderf zal worden gestort. ‘U kunt beslist geen deel hebben aan onze taak, want uw houding tegenover God is niet oprecht.’ Is het aan de leerlingen om de ander de maat te nemen? Te bepalen of dat wat een ander doet wel écht en oprecht is? En in één moeite door af te schrijven?

Eigen gelijk parkeren

Vertaald naar onszelf en deze tijd: Hoe doen wij dat? Jij? Ik? Als we overtuigd van de goede zaak, met pasverworven verantwoordelijkheid, en ook nog niet helemaal zeker, worden geconfronteerd met de ander die een nét wat ander perspectief op dezelfde werkelijkheid heeft. Kunnen we ons eigen gelijk even parkeren en het gelijk van de ander onderzoeken? Of zoals een goede vriend van me altijd zegt: ‘Het is interessanter om de mening van de ander te verkennen; jouw eigen mening ken je al.’

En kunnen we door de woorden heen, de intentie van de ander horen? Natuurlijk was het een onhandige tekst van Simon: alsof de kracht van de Ene te koop is. En tegelijkertijd hoorden de leerlingen de woorden zoals wij soms luisteren: gekleurd. Ik had het deze week: een opmerking van een ander, gewoon neutraal, zonder onderliggende boodschap, kwam niet neutraal binnen. Zijn woorden raakten oude pijn en in een reflex was daar een al te scherp antwoord gekleurd door de emotie van dat moment.

Volharden in geloof

Terug naar Petrus en Johannes, uitverkoren door de Ene om het verschil te maken. Om in het voetspoor van Jezus te staan en voort- en voor- te leven dat het ook ánders kan. Vol inspiratie om te werken aan een wereld waar we allemaal, als we het kind in ons de ruimte geven, van dromen. Een wereld met rivieren van sinaasappelsap, waar ouders eeuwig blijven leven en jij leeft met ze mee, waar niemand rijk wordt geboren en niemand arm. Kortom: ‘als hij kon toveren, kon toveren, kon toveren, kon toveren dan hielden alle mensen van elkaar’.

Om daarna, net als Alfred Judocus Kwak, geconfronteerd te worden met de realiteit: ‘Voor een toverspreuk van kwaliteit ben je zo maar duizend gulden kwijt. En naar een beetje toverboek ben je toch wel vijftig jaar op zoek. En de hele cursus tovenaar duurt 125 jaar.’

Alfred Judocus Kwak twijfelt hardop of ‘ie ‘t kan opbrengen: ál deze moeite. En dan is nog niet eens zeker dat het lukt, deze wereld waar alles goed komt.

En wij? Ook wij hebben een boek vol verhalen van eeuwen. Een boek dat ons richting geeft op het pad naar een andere wereld. En ook wij hebben mensen die ons zijn voorgegaan, ooit lang geleden, Jezus en zijn leerlingen, en dichterbij in de tijd onze ouders, en voorouders, vrienden, en wij als gemeenschap.

En toch, met al deze bronnen van inspiratie ten spijt, we zijn er nog lang niet. Brengen wij ‘t wel op? Of dreigen we, net als Alfred Judocus Kwak, te stoppen nog voordat we echt begonnen zijn?

Op momenten als deze, met ons verzameld als gemeenschap en gesterkt door verhalen van hoop, denk ik: ‘Ja, we kúnnen het!’ Dus laten we ervoor gaan, met vallen en opstaan. En omarmen we dan mensen als Simon uit Samaria. Mensen met een positieve intentie, al moeten we even wat dieper kijken om deze intentie te herkennen.

Geven we onszelf en de ander de tijd om te durven geloven dat de Ene is ons is, en dat zij ons voorgaat op de 125-jarige en nog langere weg naar een wereld waar alles voor elkaar komt. In het besef ook, dat waarlijk leven in de voetsporen van al die mensen die ons zijn voorgegaan, soms voelt als een mislukte tovertruc.

En dat we dan hoop putten uit dat vrolijke liedje dat ons doet zingen, en dansen, en geloven dat het tóch kan: een wereld met rivieren van sinaasappelsap of waar je ook van droomt.

Amen

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *