Met wind in de haren en zon in de rug
Overweging op zondag 29 juni 2025
door Simone Snakenborg
Bij: 1 Koningen 19,19-21 en Lucas 9,51-62
“Met wind in de haren en zon in de rug ligt het land voor ons open.”
Dit is de eerste regel van het lied dat we zometeen gaan zingen. De melodie is afkomstig van de Lakota Indianen uit Noord-Amerika. Het wordt gebruikt om de Grote Geest en de heiligheid van de aarde te eren – deze zijn onafscheidelijk.
Het leek me een prachtig beeld om de zomerperiode mee in te gaan. Een fris begin van een reis naar ontspanning en ontdekking voor de vakantiegangers. Maar ook de thuisblijvers kunnen in juli en augustus op reis. Want het thema van de zomervieringen luidt: ‘Ik ga op reis en ik neem mee’. We kennen het spel en het is de bedoeling dat je elkaars voorwerpen kunt onthouden en opnoemen. Aan het einde van de zomer hebben we dus heel veel extra bagage!
Ik ga op reis en ik neem mee
Ik ben zo vrij om de aftrap te doen. Ik ga op reis en ik neem mee: een koffer vol actualiteiten. Die neem ik mee naar een rivier in de hoogste bergen en kieper hem daar leeg. Zodat al het nieuws – het goede en het slechte – oplost en wegstroomt. Hè, hè. Heel wat lichter en helemaal zen keer ik terug naar huis.
Neem nou deze week de NAVO-top. Goed nieuws, zo werd gezegd. De 32 landen droegen verbinding en eenheid uit en er gebeurden gelukkig geen rare dingen. Alhoewel: we vermaakten ons met de vele AI-foto’s en -films van Trump bij de koning en Trump met Mark. Maar was het wel goed nieuws? Vanaf nu hebben we een gemeenschappelijke vijand en spekken we de oorlogskas in hoog tempo. Hup, de koffer in met dat nieuws en weg ermee. Als dat zou kunnen?
Maar we leven in deze wereld, allemaal. We zijn verbonden met elkaar. Met wat goed is en wat slecht is. Of we willen of niet.
Ondergedompeld
Hoe houden wij dan ons hoofd boven water? Hoe voorkomen we dat we te veel worden ondergedompeld door de slechte en enge berichten van deze tijd, zonder alles weg te wuiven of onze kop in het witte strandzand te steken? Hoe kunnen we leven vanuit ons hart, zoals Jezus dat deed, als we iedere keer in ons hoofd of onze emoties worden geslingerd vanwege alles wat wij lezen, horen en zien?
De lezingen van vandaag bieden ons een prachtig inzicht. Dus … we gaan op reis, met Jezus, Elisa en Elia. Wie of wat nemen we mee?
Bont reisgezelschap
Jezus is op weg naar Jeruzalem. Hij heeft een bestemming die ligt voorbij de grens van dit leven, alleen bereikbaar door los te laten en lief te hebben. Het lijkt een onbegaanbaar pad, maar hij is vastberaden.
Onderweg wordt Jezus aangesproken door mensen die ook mee willen. Blijkbaar voelt men zich aangetrokken tot het bonte reisgezelschap. Nu kan je denken: hoe meer zielen, hoe meer vreugd. Is het juist niet slim om veel medereizigers of volgelingen te hebben, of vandaag de dag: veel volgers? Hoe meer vrienden en volgers op de soclals, hoe beter je berichten zich verspreiden en hoe bekender je wordt. Van ondernemer, influencer tot president een geliefd gratis reclamekanaal.
Mensen van de Weg
Maar Jezus volgen doe je niet zomaar. Ook al worden de vroeg-Christenen de ‘Mensen van de Weg’ genoemd. En Jezus volgen doe je ook niet op één manier. Dat is niet zonder pardon je schepen verbranden en alles en iedereen achterlaten. Maak van thuisblijvers geen spoorzoekers. Voor sommigen is deze radicale keuze overigens wel weggelegd, daarover straks meer.
Jezus vraagt de omstanders die mee willen: ‘Weet je het zeker? Als je meegaat, geef je je huis en bezittingen op. Je geliefden achterlaten, is dat echt wat je wil? ‘Kan je jouw relaties en je werk echt helemaal opgeven voor een nieuw, onbekend leven? Voor de meesten van ons zal ‘Jezus volgen’ betekenen: ons eigen leven leiden zoals nu, maar meer in verbinding met wat is en groeit om ons heen, met onze geliefden en onze levenstaken. Leven vanuit ons hart, wat juist vandaag de dag zo’n uitdaging is.
Kijk niet achterom
Hoe doen we dat: Jezus volgen en leven vanuit ons hart? Dat heeft met focus te maken, lezen wij in Lucas 9 vers 62. Kijk niet achterom maar vooruit. Richt je op waar je naartoe wil. ‘Wie de hand aan de ploeg slaat en achterom blijft kijken, is niet geschikt voor het koninkrijk van God.’
Die nieuwe wereld waar recht en vrede is.
Waar armoede niet bestaat.
Waar mensen elkaar helpen en steunen.
Waar mensen één zijn en in elkaar bestaan.
Voordat je kan zaaien, moet je het land omploegen. En dat kan alleen als je vooruit kijkt. Naar de ruwe grond die nog niet ontgonnen is.
Zoals ook die ene ploeger dat deed, Elisa, boerenzoon, leerling en opvolger van profeet Elia. Elisa keek vooruit en ploegde voort. De profeet Elia stapte de akker op en gooide zijn magisch mantel over hem heen. Een hele kunst om Elisa goed te raken met 12 span ossen voor zich uit, zonder ongelukken te veroorzaken. Want die mantel kan raar terecht komen.
Elisa mag wel mee en alles achter zich laten. Sterker nog Elisa krijgt eerst wel de gelegenheid om afscheid te nemen van alles en iedereen. Meegaan met een profeet om er zelf een te worden, dat is aan slechts weinigen voorbehouden. Elisa rent Elia achterna, roetsj: de toekomst in.
Sporen slechts nieuws
Wij kunnen geloven en Jezus volgen in het leven dat wij leiden. Dus kijk niet terug, blijf niet staren op wat vroeger was, maar kijk vooruit. Laat je niet afleiden door de sporen die het slechte, enge nieuws achterlaat. Kijk vooruit en omarm de belofte van liefde. Het nog te ploegen land dat bloeien zal.
Met wind in de haren en zon in de rug ligt dat land voor ons open.
Met Jou aan mijn zij, met Jouw op mijn pad.
Geen kwaad zal ik duchten, want Jij bent nabij.
En heel misschien, juist als wij ons leven zó leven
in volle toewijding en met liefde
voelen wij ineens die mantel van licht over ons heen.
Geest van Vrede die neerdalen zal
over de aarde, mensen, dieren en dingen.
AMEN
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!